Bible
Transform
Your Worship Experience with Great Ease
Try RisenMedia.io Today!
Click Here
Afrikaans
Albanian
Armenian
Belarusian
Bulgarian
Chinese (S)
Chinese (T)
Croatian
Czech
Danish
Dutch
English
Esperanto
Estonian
Farsi
Finnish
French
German
Greek
Hebrew
Hindi
Hungarian
Italian
Japanese
Korean
Latin
Latvian
Lithuanian
Macedonian
Nigerian
Norwegian
Polish
Portuguese
Romanian
Russian
Serbian
Spanish
Swedish
Tagalog
Ukrainian
Vietnamese
Zulu
BB
HSV
HTB
HTB2007
NBG
NLD1939
SVV
Jeremiah 47
Genesis
Exodus
Leviticus
Numbers
Deuteronomy
Joshua
Judges
Ruth
1 Samuel
2 Samuel
1 Kings
2 Kings
1 Chronicles
2 Chronicles
Ezra
Nehemiah
Esther
Job
Psalms
Proverbs
Ecclesiastes
Song of Solomon
Isaiah
Jeremiah
Lamentations
Ezekiel
Daniel
Hosea
Joel
Amos
Obadiah
Jonah
Micah
Nahum
Habakkuk
Zephaniah
Haggai
Zechariah
Malachi
Matthew
Mark
Luke
John
Acts
Romans
1 Corinthians
2 Corinthians
Galatians
Ephesians
Philippians
Colossians
1 Thessalonians
2 Thessalonians
1 Timothy
2 Timothy
Titus
Philemon
Hebrews
James
1 Peter
2 Peter
1 John
2 John
3 John
Jude
Revelation
:
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
Dutch - NBG
1
Hetgeen
als
woord
des
HEREN
tot
de
profeet
Jeremia
kwam
over
de
Filistijnen,
voordat
Farao
Gaza
innam.
2
Zo
zegt
de
HERE:
Zie,
wateren
komen
opzetten
uit
het
Noorden
en
worden
tot
een
overstromende
beek;
ja,
zij
overstromen
het
land
met
al
wat
zich
erop
bevindt,
de
stad
met
inwoners
en
al,
zodat
de
mensen
schreeuwen
en
al
de
bewoners
van
het
land
jammeren,
3
op
het
geluid
van
het
stampen
van
de
hoeven
zijner
paarden,
het
ratelen
zijner
wagens,
het
gedreun
zijner
wielen.
De
vaders
zien
niet
om
naar
de
kinderen,
4
zó
zijn
hun
handen
verslapt
op
de
dag
die
komt
om
al
de
Filistijnen
te
verdelgen,
om
voor
Tyrus
en
Sidon
elke
nog
overgebleven
helper
uit
te
roeien;
want
de
HERE
verdelgt
de
Filistijnen,
de
rest
van
het
eiland
Kaftor.
5
Gaza
is
kaal
geschoren,
Askelon
vernietigd;
o
rest
der
Enakieten,
hoelang
zult
gij
u
insnijdingen
maken?
6
Wee,
zwaard
des
HEREN,
tot
wanneer
zult
gij
niet
rusten?
Trek
u
terug
in
uw
schede,
wees
rustig
en
houd
u
stil!
7
Hoe
zoudt
gij
rustig
zijn?
De
HERE
heeft
het
immers
last
gegeven:
tegen
Askelon
en
tegen
de
zeekust,
daar
heeft
Hij
het
zijn
bestemming
gegeven.