Bible

Designed

For Churches, Made for Worship

Try RisenMedia.io Today!

Click Here

Job 3

:
Dutch - HTB2007
1 Tenslotte verbrak Job het stilzwijgen en vervloekte de dag van zijn geboorte.
2 "Vervloekt is de dag waarop ik werd geboren", zei hij, "en ook de nacht waarin men zei: 'We hebben een zoon!'
3 ***
4 Laat die dag voor altijd worden vergeten. Laat hem in de eeuwige duisternis verdwijnen; laat God er niet aan denken.
5 Ja, laat de duisternis hem maar opslokken, hem overschaduwen met een donkere wolk en laat de zwartheid zijn licht overheersen.
6 Laat hem maar van de kalender verdwijnen, zodat hij nooit meer wordt beschouwd als een dag van die maand in dat jaar!
7 Laat het een doodse en vreugdeloze nacht zijn.
8 Laten de geoefende vervloekers hem maar vervloeken.
9 Laat de sterren van die nacht verdwijnen en laat hem verlangen naar het morgenlicht zonder het ooit te zien.
10 Vervloek hem, omdat hij mijn moeders schoot niet gesloten hield en mij geboren liet worden, zodat ik nu al deze ellende met mijn eigen ogen moet zien.
11 Waarom ben ik niet dood ter wereld gekomen of tijdens de geboorte gestorven?
12 Waarom hebben knieën mij opgewacht, waarom borsten om mij te voeden?
13 Was ik maar bij mijn geboorte gestorven, dan zou ik nu van de rust genieten en
14 zou ik in vrede liggen naast koningen en machthebbers die vroeger ruïnes herbouwden en naast vorsten met paleizen vol schatten van zilver en goud.
15 ***
16 Och, was ik maar een miskraam geweest; dan was ik als hen geweest, die het licht niet hebben gezien!
17 Want in de dood maken de goddelozen geen moeilijkheden meer mee en hebben de vermoeiden rust.
18 Daar komen zelfs de gevangenen tot rust, omdat er geen gevangenbewaarder is die hen dwarszit.
19 Rijk en arm zijn daar gelijk en de slaaf is daar uiteindelijk vrij van zijn meester.
20 Waarom krijgen rampzaligen en mensen, die bitter bedroefd zijn licht en leven, terwijl zij verlangen naar een dood die maar niet komen wil? Zij zoeken die dood meer dan anderen naar voedsel en geld zoeken!
21 ***
22 Wat een vreugdevolle bevrijding als zij tenslotte toch sterven.
23 Waarom wordt een mens geboren als God hem een uitzichtloos leven geeft waaruit geen ontsnapping mogelijk is?
24 Ik kan niet eten, want mijn keel zit dicht van het zuchten, mijn klachten vloeien als water over mijn lippen.
25 Wat ik altijd heb gevreesd, is nu gebeurd.
26 Ik vind geen vrede en geen stilte; rust ken ik niet, alleen ellende."